Pieter de Hooch en Nicolaes Maes in de hoofdrol
Pieter de Hooch en Nicolaes Maes zijn hetzelfde lot beschoren. Je kent hun namen wel, maar vooral als de naam wordt gevolgd door de toevoeging -straat. In Delft en Den Haag worden beide kunstenaars uit de schaduw gehaald van hun grootmeesters, respectievelijk Vermeer en Rembrandt. In Museum Prinsenhof in Delft opende 11 oktober 2019 een tentoonstelling met schilderijen van Pieter de Hooch (1629-1684), getiteld Pieter de Hooch in Delft – uit de schaduw van Vermeer. In het Mauritshuis opende een week later de expositie Nicolaes Maes – Rembrandts veelzijdige leerling. Het gaat om grote overzichtstentoonstellingen. Dit is zelfs de allereerste overzichtstentoonstelling ooit in Nederland met werk van De Hooch, terwijl Nicolaes Maes in 1934 de eerste tentoonstelling had van zijn werk in Nederland. Dat was in het Dordrechts Museum. Dordrecht was de geboortestad van Maes, maar die expositie haalde het 85 jaar geleden niet bij de tentoonstelling met ruim dertig schilderijen in het Mauritshuis.
Huiselijke taferelen
In Museum Prinsenhof krijgt De Hooch de aandacht die hem al eeuwen toekomt. Na Johannes Vermeer wordt hij internationaal beschouwd als de beroemdste Delftse meester van de zeventiende eeuw. In de expositie staan schilderijen centraal die De Hooch in Delft heeft gemaakt van circa 1652 tot 1660. Mooie binnenplaatsen, sfeervolle interieurs en huiselijke taferelen keren terug naar de stad waar ze meer dan vier eeuwen geleden zijn geschilderd. Circa dertig topstukken komen uit collecties van vooraanstaande Europese en Amerikaanse musea, waaronder doeken die niet eerder of heel lang geleden in Nederland te zien waren. Zoals het schilderij De moeder uit De Staatliche Museen zu Berlin, Gemäldegalerie, Binnenplaats van een huis in Delft uit de National Gallery in Londen en er is een schilderij van kaartspelers, dat in bruikleen is gegeven door koningin Elizabeth van Engeland. Verder bevat de expositie bruiklenen van het Mauritshuis, Boijmans Van Beuningen, het Amsterdam Museum, het Rijksmuseum en er privécollecties.
Meester van het perspectief
Janelle Moerman, directeur van Museum Prinsenhof, formuleert het zo: “‘Wij bieden Pieter de Hooch eindelijk het podium dat hij verdient door het allermooiste uit zijn oeuvre in Delft te laten zien. De circa dertig werken van De Hooch die eenmalig bij elkaar worden gebracht, bieden bezoekers de unieke gelegenheid zijn stijl en beeldtaal uitgebreid te bestuderen. Niet eerder keerden zoveel meesterwerken van De Hooch terug naar ‘zijn’ Delft.” Pieter de Hooch was een veelzijdig kunstenaar: hij begon zijn carrière met het schilderen van zogenaamde ‘kortegaartjes’ (soldaten- en herbergscènes) en ontwikkelde zich tot een schilder van binnenplaatsjes, huiselijke interieurs en incidenteel familieportretten. Geen andere Nederlandse schilder in de Gouden Eeuw wist zoveel diepte te creëren in zijn schilderijen. In zijn werken zijn vaak meerdere ruimtes achter elkaar te zien. Hij wordt dan ook de ‘meester van het perspectief’ genoemd.
De Hooch was een innovator. Hij introduceerde in zijn schilderijen een thema dat door niemand eerder op die manier was geschilderd: het dagelijkse leven op de binnenplaatsjes achter de Delftse huizen, vaak met vrouwen die bezig waren met huishoudelijke werkzaamheden. In veel van zijn schilderijen namen kinderen een prominente plaats in. In 1658 bereikte dit oeuvre zijn hoogtepunt en schilderde hij zijn meest sfeervolle, intieme interieurscènes. Met warme kleuren, doorkijkjes (er stond altijd wel ergens een deur open) en een natuurlijke lichtinval wist De Hooch een sfeer op te roepen die ongeëvenaard was. In de relatief korte periode dat hij in Delft heeft gewerkt – van circa 1652 tot 1660 – maakte hij zijn mooiste schilderijen.
Nicolaes Maes in het Mauritshuis
Nicolaes Maes werd in 1634 geboren in Dordrecht. Hij is de tweede zoon van Gerrit Maes, die onder meer de kost verdiende als lakenhandelaar en zeepzieder. Het gezin woonde in de Voorstraat. Over zijn jeugd is weinig bekend. Zijn biograaf Arnold Houbraken schreef over zijn opleiding: “had de teekenkonst in zyn jeugt by een gemeen (gewoon) Meester, de Schilderkonst by Rembrant geleerd”. Het is niet zeker in welke periode Maes in de leer was bij Rembrandt van Rijn in Amsterdam, maar het zal ergens tussen 1646 en 1652 zijn geweest. Maes ontleende aan Rembrandt, die 28 jaar ouder was, het gebruik van warme kleuren – rood, bruin en oker – en een voorkeur voor intieme scènes met moeders en kinderen. Maes begon zijn carrière met het schilderen van bijbelse verhalen, waarin de invloed van zijn leermeester duidelijk is te zien. Rembrandt was een toegewijde leraar die zijn leerlingen uitdaagde om inventief te zijn en nieuwe dingen te bedenken. Nicolaes Maes’ twee meter hoge schilderij Christus zegent de kinderen – zijn enige historiestuk van dergelijke enorme afmetingen – heeft hij wellicht gemaakt als ‘afstudeerproject’ aan het eind van zijn leertijd bij Rembrandt. Maes liet zich door zijn leermeester inspireren, maar zocht tegelijk altijd naar eigen, nieuwe oplossingen. Dat is goed te zien in zijn doek Het offer van Abraham. Maes gaf dit bijbelse thema een explosieve lading mee en schilderde de hoofdrolspelers in dit drama op een ander moment dan Rembrandt dat deed in zijn schilderij van Abraham die zijn zoon de keel wil gaan doorsnijden.
Luistervinken
De expositie in het Maurits is een openbaring voor wie Nicolaes Maes slechts kent als -straat of -school. Maes schilderde, net als Pieter de Hooch, veel vrouwen die zich bezighouden met huishoudelijke taken. Geliefd zijn luistervinkjes; voorstellingen waarin is te zien hoe de vrouw des huizes haar dienstmeid betrapt met een vrijer. Schalks en samenzweerderig kijkt mevrouw ons aan, met haar vinger op de lippen trekt ze de aandacht van de kijker en lijkt ons tot stilte te willen manen. Mooi zijn ook de tafelen van vrouwen die zitten te kantklossen of die geconcentreerd bezig zijn met hun naaiwerkjes. De schilderijen zijn minutieus geschilderd, waarbij ze soms een beetje Anton Pieck-erig aandoen. Op veel van zijn werken zijn dieren te zien: katten die in de keuken net bezig zijn een vis te stelen, hondjes die in een emmer met melk snuffelen of aan een moot zalm snuffelen. Ook zijn er overal vogeltjes en Maes portretteerde veel kinderen met hertjes en hondjes.
Honderden portretten
Zijn grootste succes, ook financieel, had Maes tijdens zijn leven als portretschilder. Zijn opdrachtgevers zijn weergegeven in luxueuze kledij of in fantasiekostuum. Vaak staan ze ook in parkachtige landschappen met antieke bouwsels en fonteinen. De twee portretten van een meisje met herten en haar broertje met ijsvogel en hond (1671) blinken uit door kleur en elegantie. Deze twee schilderijen komen uit privécollecties en het is altijd verbijsterend om je te realiseren dat deze doeken bij iemand – bij wijze van spreken – ‘boven de bank’ hangen. Het is opvallend dat Nicolaes Maes een goede handenschilder was: expressief met rimpels en aderen. Sommige schilderijen op de tentoonstelling vallen op door inventieve trompe l’oeuil-technieken. Er hangen ook vier portretten van leden uit dezelfde familie Van Alphen die voor het eerst in bijna vier eeuwen herenigd zijn. Ze zijn afkomstig uit een privécollectie, het Rijksmuseum Amsterdam en twee uit Galerie Neuse in Bremen.
Helaas geen tekeningen
Bij de tentoonstelling in Delft verscheen de catalogus Pieter de Hooch in Delft – uit de schaduw van Vermeer in samenwerking met WBOOKS. De catalogus is in de museumwinkel verkrijgbaar in het Nederlands en Engels voor € 24,95 (paperback) en € 34,95 (hardback). Bij de Nicolaes Maes-tentoonstelling vescheen een lijvige catalogus, uitgegeven door Waanders Uitgeverij Zwolle. Ariane van Suchtelen, conservator van deze expositie, belicht in de catalogus, die € 27,50 kost, uitgebreid het leven en het werk van Nicolaes Maes. Marijn Schapelhouman, tientallen jaren lang in het Rijksmuseum de expert in tekeningen, schrijft over de tekeningen van Maes. Deze tekeningen zijn prachtig, misschien wel mooier en in elk geval fragieler dan de schilderijen. Het is dan ook heel jammer dat zijn tekeningen niet zijn opgenomen in de expositie in het Mauritshuis. Te meer, aangezien tekeningen van Nicolaes Maes wel volgend jaar worden opgenomen in The National Gallery in Londen wanneer de Mauritshuis-tentoonstelling naar Londen verhuist.
Pieter de Hooch in Delft – uit de schaduw van Vermeer is t/m 16 februari 2020 in Museum Prinsenhof in Delft (Sint Agathaplein 1). Dit museum is dagelijks open van 9 tot 5 uur. Inlichtingen: www.prinsenhof-delft.nl. Nicolaes Maes – Rembrandts veelzijdige leerling is t/m 19 januari in het Mauritshuis Den Haag (Plein 29). Dit museum is dagelijks open van 10 tot 6 uur. Inlichtingen: www.mauritshuis.nl