Een voorstelling om trots op te zijn
Zingend de Kast uit!; zo heet de nieuwe show van Stichting Nederlied. Het programma, nog vier keer te zien in het altijd sfeervolle Zonnehuis in Noord, is een initiatief van Evert de Vries – voorheen de aartsvader van het Amsterdams Kleinkunst Festival – in samenwerking met cabaretier, zanger, acteur en schrijver Frans Mulder. Zij vormen gebroederlijk het middelpunt van een vaste cast zangers en performers, bestaande uit Tony Neef, Irene Hemelaar, Emile Baars, Bart Steenbeek (artiestennaam Alexei) en Yo Germain. Ze brengen een show over ‘anders zijn dan anderen’ in het kader van wat ze ‘WinterPride’ noemen. Ze kunnen trots zijn op het resultaat. Want ze staan op het toneel met emotie, plezier, humor en vol vuur en trots.
Ik zag de tweede voorstelling: een matinee op zondag 24 november, met als speciale gasten zanger/performer Rikkert van Huisstede, multitalent Paul Groot en dominee Gremdaat. Het Zonnehuis was afgeladen vol en de sfeer was opperbest. Evert de Vries en Frans Mulder begonnen de show met het door Jules de Corte in het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw geschreven lied over de verboden liefde tussen de jongens Romeo en Julio. Helemaal goed.
Ik was geamuseerd dat later in de show Alexei het lied Sorry dat ik besta zong. Willem Nijholt zong dit in 1977 in de door Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink geschreven musical Foxtrot. Met als kern dat er nooit een liefdeslied is geschreven voor de ‘paria’s’ Romeo en Julius. Ik was geamuseerd omdat ik terug dacht aan wat Martine Bijl ooit zei over deze tekst van Schmidt. Ze memoreerde dat Jules de Corte al jaren eerder een lied had geschreven over de liefde tussen Romeo en Julio. Haar commentaar was: “Niet zo fraai, hè? Jatten van een blinde…” Maar dit ter zijde.
De voorstelling Zingend de kast uit! is een fijne aaneenschakeling van heerlijke liedjes over (zogenaamd) verboden liefde, over seksualiteit, anders zijn, acceptatie en emancipatie. Irene Hemelaar zong een geestig lied over de geneugten van ‘monoseksualiteit’. Tony Neef bezong zijn opwinding over een Griek tijdens zijn vakantie op een Grieks eiland: ‘wát een lekker ding’. Dit lied was een puntige vertaling van Noël Cowards klassieker Mad about the boy; precies juist in het metrum. De man die dit lied vertaalde zat op de achtergrond te glunderen en te glimmen van trots. Die man was Frans Mulder.
Rikkert van Huisstede, gehuld in een kort jurkje met prachtige benen en de voeten gestoken in pumps met hoge hakken, zong onder meer de schrijnende Robert Long-klassieker Thorbeckeplein. Paul Groot zong als eenmalige gast ook twee mooie liedjes van Robert Long: de overbekende, mooie ballade Flink zijn en het betrekkelijk onbekende lied Dwalende zoeker uit 2006. Over een man die het geluk aan zich voorbij liet komen en niet de ‘schoonheid van gewoonheid’ zag. Met de mooie, kenmerkende Robert Long-tekst: ‘hij zocht vervoering bij religies en in boeken die hem verneukten met een leven na de dood/, terwijl het echte leven bijna alles bood waarnaar hij al die tijd vergeefs had lopen zoeken’.
Yo Germain, van huis uit choreografe, verraste met een lesbische versie van de Frans Halsema-ballade Voor haar, het hele ensemble bezong ‘het café van Bet van Beeren’, waar de dames dansen met de dames en de heren met de heren. Emile Baars zong zomaar tussendoor Ik zou je het liefst in een doosje willen doen. Geen idee wat dit lied hier te zoeken had, maar het was aandoenlijk mooi. Ik hoorde onwillekeurig in mijn achterhoofd het charmante accent van Donald Jones, hoewel Emile Baars het zonder accent zong. Ik zei na afloop dat hij van mij best één keer het woord ‘bewaren’ zou mogen zingen met een Amerikaans accent, maar daar was Evert de Vries het niet mee eens.
Er was een grappige versie van Katootje en haar gang naar de Botermarkt, waarbij er telkens verwarring ontstond of de zuster van de dominee nou Kee heette of gay wás. Tony Neef zong een mooie eigen vertaling van Someone like you van Adele, getiteld in zijn vertaling Dat iemand van je houdt. En Alexei zong Halleluja amen van Jurrian van Dongen (‘Jézus is terug op aarde […..] Eigenlijk heet Jezus Leo, in excelsis deo…’).
Nadat werd aangekondigd dat Paul Haenen helaas verhinderd was, sprak diens alter-ego Dominee Gremdaat een mooie preek uit. De dominee vond het een goede zaak om ‘zingend’ de kast uit te komen. Dat was beter dan ‘klagend’. Hij vond het ook prima wanneer je nergens bij wil horen: “Leve de vrijheid om te handelen en te zijn zoals je bent. Gun uzelf een vrij en ongebonden leven”. Met uiteraard stukjes spek enzovoorts. Helaas was hij, net als Paul Groot, alleen deze zondag aanwezig.
De finale was bijzonder ontroerend. Daniël Cohen, schrijver en regisseur van de meesterlijke musical De Mol en de Paradijsvogel, had de Stichting Nederlied toestemming gegeven om te eindigen met Spreid je vleugels, de hymne uit zijn musical over Albert Mol en een Syrische vluchteling. Er zijn de komende week nog vier voorstellingen, allemaal in Theater Het Zonnehuis aan het Zonneplein in Amsterdam-Noord. Telkens met het vaste ensemble Evert de Vries, Frans Mulder, Tony Neef, Irene Hemelaar, Emile Baars, Bart Steenbeek (a.k.a. Alexei) en Yo Germain en onder muzikale leiding van Paul Tijink.
Op donderdag 28 november zijn de gasten Roberto de Groot en Sjors van der Panne, vrijdag 29 november ook Roberto de Groot en Serge-Henri Valcke, zaterdag 30 Barry de Bruin en Philippe Elan en zondag 1 december ook Barry de Bruin en Astrid Nijgh. Aanvang donderdag, vrijdag en zaterdag 20.15 uur en zondag 15.00 uur. Gaat dat zien en zie voor kaarten: www.nederlied.nl